| De
methoden, die in de creatieve therapie tuin ontwikkeld zijn, staan enerzijds
in relatie tot de verschillende doelgroepen in de populatie van cliënten
en anderzijds tot de stromingen binnen de opleiding en de hulpverlening.
De domeinen, waaruit deze methoden voortkomen zijn: de ontwikkelingspsychologie, de gedragswetenschap, de antroposofie, de orthopedagogiek, de natuureducatie en theorieën omtrent natuur en tuinkunst.
In de creatief proces methode componeert de therapeut met het materiaal situaties, die gericht zijn op de problematiek van de cliënt. Bovendien kiest hij activiteiten, die het niveau van structuren en de belangrijkste thematiek van de cliënt zichtbaar maken. Op deze manier vult hij leemten in de diagnostiek aan. De diverse appèlwaarden van levend materiaal en aan seizoenen gebonden structuren zijn specifiek voor de creatieve therapie tuin. Afhankelijk van de doelstelling volgen interventies met behulp van het materiaal. Aan de hand daarvan oefent de cliënt via de esthetische illusie met onbekende of problematische gevoelens.Zo nodig wordt gewerkt via creatieve regressie. De therapie kan kortdurend of langdurend zijn. In de (ortho)agogische tuintherapie creëert de therapeut overzichtelijke situaties. De cliënt ervaart en leert, dat je activiteiten, gevoelens en relaties kunt ordenen. Deze methode stimuleert en oefent alle egofuncties met als doel een toename van het adequate functioneren en het verwerven van gevoelens van competentie. Zij wordt vooral toegepast bij cliënten, die moeilijk kunnen structureren, bijvoorbeeld op grond van een aangeboren stoornis of een afwijking in de vroege ontwikkeling. De ambachtelijke kant van het tuinieren staat centraal. In de gedragsgerichte tuintherapie stuurt en corrigeert de therapeut het gedrag van cliënten. De therapeutische interventies zijn gericht op handelingen met het (levende) materiaal. De cliënt leert inzien welke consequenties zijn handelen heeft voor het leven van de plant, inclusief de beëindiging daarvan. Deze vorm van tuintherapie maakt voornamelijk gebruik van de wetmatigheden van het materiaal, bijvoorbeeld oorzaak en gevolg. De kunstzinnige tuintherapie draait om werkstukken of producten en hun zeggingskracht. In het kader van de therapie verwerft de cliënt technieken en vervaardigt vervolgens werkstukken, die onderwerpen verbeelden, welke hij als problematisch ervaart. Bijvoorbeeld in geval van een hulpvraag rond seksualiteit. Door middel van het uitwerken van thema’s, die in verband staan met de ervaren problemen, leert de cliënt relativeren en dingen een andere plaats geven of er anders mee omgaan. De esthetische kwaliteiten van het product vormen, in samenhang met reflectie en bewustwording, een belangrijk uitgangspunt bij deze vorm van therapie, die veelvuldig gebruik maakt van bloemsierkunst en tuinarchitectuur. De sociale vaardigheidstraining nodigt de cliënt uit tot het samenwerken en samenspelen. Afhankelijk van de problematiek en de leeftijdscategorie worden verschillende vaardigheden geoefend en diverse methodieken toegepast. In de tuin leren cliënten bijvoorbeeld elkaar helpen, gereedschappen delen, het werk of product van de ander beoordelen, kritiek geven èn kritiek accepteren, complimenten maken en laten zien, dat ze trots zijn. |
|